Om de fitheid van het lichaam te trainen is sporten of intensief bewegen noodzakelijk. Voor het bevorderen van de gezondheid en het voorkomen van algehele lichamelijke klachten is er iets effectiever. Iedere dag een laag intensieve vorm van lichaamsbeweging.
Van de totale hoeveelheid lichamelijke activiteit maakt sporten maar voor 5% deel uit. Voorheen werd aangenomen dat meer bewegen betekende dat er meer gesport diende te worden. Nu blijkt dat voor het bevorderen van de gezondheid een alledaagse vorm van bewegen effectiever is.
De minimale hoeveelheid lichamelijk beweging die nodig is om de gezondheid te is bepaald in de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB). En houdt in dat er een halfuur matig intensief wordt bewogen, op ten minste vijf dagen van de week! Dit half uur hoeft niet aaneengesloten worden uitgevoerd.
Matig intensief bewegen betekent dat er wordt bewogen met een intensiteit tussen de 4-6,5 MET (bij volwassen tussen de 18-55 jaar). De MET is de hoeveelheid energie die een bepaalde inspanning vraagt. Activiteiten die vallen onder matig intensief bewegen ziet u in de tabel hieronder.
Dagelijkse activiteiten | Werkzaamheden | Sportieve activiteiten |
– Zware boodschappen doen- Traplopen – Grasmaaien – Spitten in de tuin | – Klussen in huis- Bouw werkzaamheden | – Wandelen 5,5-6,5 km/uur- Fietsen 12 km/uur – Tennis dubbel – Voetbal (niet competitief) |
Dit is een minimale norm voor de dagelijkse hoeveelheid beweging. Om de gezondheid in stand te houden en iets te verbeteren. Het blijkt echter wel dat het niet voldoende is voor een maximaal resultaat op alle gezondheidsaspecten!
Er is meer lichaamsbeweging nodig om bijvoorbeeld overgewicht te voorkomen. En bij de aanwezigheid van Diabetes/Suikerziekte is ook meer beweging nodig. Naast het feit dat voor de verbetering van de conditie geen matig intensieve maar hoog intensieve beweging nodig is!
Het huidige advies luid dan ook:
“Elke dag een half uur is goed, maar meer is beter”